Boekbesprekingen Vrijen met God – Over ‘heilige bruiloften’, erotiek en religie
In ‘Vrijen met God’ doe ik verslag van mijn onderzoek naar de Heilige Bruiloft (hieros gamos), de rol daarin van ‘goden’ en mensen, naar de Grote Godin, de tempelhierodulen (ten onrechte tempelprostituees genoemd) en de rol van seksualiteit (of juist het uitsluiten daarvan) in de religie. Ik besteed een apart hoofdstuk aan Lilith, volgens oude overleveringen de eerste vrouw van Adam, en aan haar demonisering. In het laatste hoofdstuk ‘seks op weg naar God’ doe ik verslag van mensen en groepen die door de eeuwen heen – tot op de de dag van vandaag – een verbinding trachtten te maken tussen seksualiteit en religie, om de heelheid van de mens te ervaren volgens de symboliek van de vereniging van het mannelijke en vrouwelijke.
> Een interview over ‘Vrijen met God’ in Frontier (mei-juni 2015, pdf)
> Heldere boekbespreking op de smaakvolle site van Historiek over ‘Vrijen met God’
> Een mooie beschouwing in ‘Historiën‘: gaan erotiek en religie samen?
> Interview over ‘Vrijen met God’ met Rinus van Warven voor Omroep Gelderland
Meer recensies
Biblion (bibliotheekdienst – boekensalon):
Het gangbare beeld van de relatie tussen de godenwereld en seksualiteit is sterk bepaald door de Bijbel, waar men zich keert tegen de voorstelling van goden die seksueel actief zijn en ook met mensen seksuele contacten hebben. De seksuele grensoverschrijding tussen goden en mensen wordt in andere religies wel gemaakt. Belangrijk daarbij is wat men met een Griekse term aanduidt als ‘hieros gamos’ (‘heilig huwelijk’), seksuele vereniging van goden met mensen, een thema dat in teksten uit de Oudheid op verschillende wijzen wordt uitgewerkt, maar vooral in de vorm van een heilig seksueel ritueel, waarbij twee mensen de rol van goden spelen, bijvoorbeeld een koning en een priesteres. In dit boek wordt een goed gedocumenteerd overzicht van deze thematiek gegeven met een uitvoerig notenapparaat. Vele citaten in vertaling ondersteunen het vlot geschreven betoog. Ook aan de op dit punt afwijkende Joodse en christelijke traditie wordt aandacht besteed. De auteur is bekend om zijn vele studies over esoterische kanten van het niet-orthodoxe (‘ketterse’) christendom.
> Een interessante beschouwing in Elseviers weekblad door Gerrie van der List:
‘Waarom geestelijke autoriteiten zo negatief zijn over seks’
Een soepele verhouding tussen religie en erotiek is zeker geen constante in de godsdienstgeschiedenis. Heel anders was het in de Klassieke Oudheid.
Het was een flinke rel. In 1966 beschreef Gerard Reve in Nader tot U hoe hij seksuele gemeenschap had met een als ezel geïncarneerde God. Gelovigen toonden zich geschokt. De SGP stelde vragen in de Tweede Kamer en de schrijver moest zich verantwoorden voor de rechtbank: het ezelsproces. Het leek weer een van die bizarre reviaanse fantasieën. Maar het beeld van mensen die seks bedrijven met goden, in welke vorm dan ook, is niet uniek. De Griekse mythologie bijvoorbeeld bevat verhalen over seksuele escapades van Zeus. De oppergod had niet genoeg aan zijn goddelijke echtgenote Hera en liet zijn oog weleens vallen op aardse vrouwen. Bekend zijn verder het huwelijksavontuur van Dionysos, de zoon van Zeus en god van de wijn, met prinses Ariadne en de stoeipartijen van de Sumerische godin Inanna met vele minnaars. Meer voorbeelden zijn te vinden in ‘Vrijen met God’ (Walburg Pers) van Jacob Slavenburg. De cultuurhistoricus is een expert op het gebied van de hieros gamos, de heilige bruiloft, waarin het goddelijke zich met het menselijke verenigt en hemel en aarde als het ware samenkomen.
Celibaat
Een soepele verhouding tussen religie en erotiek is zeker geen constante in de godsdienstgeschiedenis. Geestelijke autoriteiten hebben zich doorgaans nogal negatief en angstig opgesteld als het ging om seks. Dit is heel duidelijk bij het christendom, zoals Slavenburg laat zien. Jezus wordt geboren uit een maagd en blijft ongetrouwd, wat voor de Rooms-Katholieke Kerk een reden vormt priesters het celibaat voor te schrijven. De fysieke hieros gamos van de Grieken maakt plaats voor een sacraal huwelijk zonder lichamelijkheid. De maagdelijkheid wordt hierin verheerlijkt als ideaal om tot eenwording met het heilige te komen. In een eerder boek, ‘En de man zal heersen …’, sprak Slavenburg al van een ‘maagdelijksheidsmanie’. Deze zette de toon van het westerse christendom na de derde eeuw. De band tussen religie en seksualiteit werd doorgesneden. Deels vanwege theologische opvattingen, deels vanwege een diepe vrees voor de onbeheersbaarheid van fysieke driften. Augustinus van Hippo (354-430 na Christus) verbond seksualiteit met de erfzonde, die was ontstaan door toedoen van een begerige vrouw, Eva. Het negatieve oordeel van de kerkvader werkte lang door en ging gepaard met een verachting van het lichaam, vooral dat van vrouwen. Met de gewelddadige vervolging van zogenaamde heksen als historisch dieptepunt.
Verleidingskracht
Het christendom staat in zijn houding jegens seksualiteit niet alleen. De drie grote monotheïstische godsdiensten vertonen op dit punt duidelijke overeenkomsten. De hoofddoekjes en burqa’s in de Nederlandse straten laten dagelijks zien hoezeer in de islam angst bestaat voor seksuele verleidingskracht. Er zijn altijd wel tegenbewegingen geweest, zo leren we uit ‘Vrijen met God’. Er waren esoterische groeperingen die overtuigd waren van de waarde van seksuele genietingen. Maar over het geheel genomen werd seksualiteit primair gezien als een gevaarlijke kracht, met vrouwelijke verlokkingen als voornaamste kwaad. Het resultaat, laat Slavenburg zien, was een bange erfenis van gefrustreerde relaties tussen man en vrouw. (Elsevier nummer 24, 13 juni 2015).
> Introductie over ‘Vrije met God’ op de leestafel
En verder op de leestafel:
In de klassieke oudheid, zo leren we van Slavenburg, was een liefdesrelatie tussen goden en mensen een normaal verschijnsel. Tot in de Romeinse tijd waren er seksuele relaties tussen mensen en goden. De hieros gamos, Grieks voor sacrale of heilige bruiloft werd gekenmerkt door twee elementen: seksualiteit (of de uitsluiting daarvan) en de mystieke versmelting. Symbool voor de verbinding tussen hemel en aarde, voor het ultieme kosmische evenwicht, verbinding tussen de God van de hemel en de Godin van de aarde. Een mooi gegeven.
Slavenburg beschrijft in dit boek deze liefdesrelatie tussen mensen en goden door de tijd heen.
> Uitgebreide recensie in De Kaarsvlam van sept – okt 2015:
Seksualiteit en religie kunnen het vaak niet goed met elkaar vinden. Dat is echter niet altijd zo geweest. Integendeel zelfs. Daarvan getuigt Vrijen met God van Jacob Slavenburg, cultuurhistoricus, medevertaler van de Nag Hammadigeschriften en auteur van veel artikelen en boeken over het vroege Christendom.
In het eerste hoofdstuk De hieros gamos ofwel ‘heilige bruiloft’ lezen we hoe goden en godinnen met elkaar vrijen. In Egypte, in de Griekse wereld, en in de Hebreeuwse cultuur waar Asjera de gemalin van JHWH is. Maar goden vrijen ook met mensen. Inanna huwt met Dumuzi, en Demeter deed het met koning Iasios. ‘Zo kan de mens deelhebben aan de goddelijkheid,’ schrijft Slavenburg. (p. 25) Dit werd gevierd in orgieën zoals bij de Bacchanten die in geest verenigd werden met Dionysos.
In het tweede hoofdstuk De Grote Godin verhaalt de auteur over grote moedergodinnen, ook vaak Maagd-Moeder genoemd, die zonder bevruchting baren. Ook hier passeren veel godinnen de revue zoals Isis die in Klein-Azië, Griekenland en later ook Italië aanbeden wordt, en Inanna, Asjera en Aphrodite. ‘Weliswaar overheersen, met het voortschrijden van de tijd, vaak mannelijke goden (Marduk, Zeus/Jupiter),’ besluit Slavenburg dit hoofdstuk, ‘maar godinnen blijven in polytheïstische systemen populair. In monotheïstische culturen worden godinnen geheel verdrongen door een mannelijke god.’ (p. 63)
En zij zullen tot één vlees zijn is de titel van het derde hoofdstuk, dat gewijd is aan het scheppingsverhaal. Daarin kan de slang niet ontbreken. ‘De magischeOeroboeros, de wijsheidsslang die zichzelf in de staart bijt als teken van de kringloop van het leven (…) symbool voor de grens tussen de zichtbare en onzichtbare goddelijke wereld. Gnostici beschouwden de slang uit het paradijs in uiterst gunstige zin, daar hij de mensen van de boom der kennis had laten eten, waardoor deze gnosis (innerlijke kennis) konden krijgen.’ (p. 79) ‘Eva als verzetsheldin’ luidt dan ook de kop die boven deze tekst staat.
Het vierde hoofdstuk Het verhaal van Lilith laat zien hoe deze eerste vrouw van Adam vaak geassocieerd wordt met de slang uit het paradijs. Enerzijds was zij niet geliefd: ‘(…) Lilith als de grote mannenverleidster en kinderverslindster (…) en valt de zonen der mensen lastig (…) Voorts slaat ze hen met ziekten (…)’ (p. 92-93) Anderzijds is Lilith in de Zohar niemand minder dan de vrouw van God. ‘Zij vertegenwoordigt de duistere kant van de vrouwelijke godheid, zoals Kali in het Hindoeïsme. Zo is ze een symbool voor onbestemde (vooral mannelijke) angsten in het onderbewuste.’ (p. 98)
In het vijfde hoofdstuk Angst voor de vrouw wordt uitgebreid ingegaan op de angst voor godinnen. ‘Over de hele wereld hebben mensen elkaar verhalen verteld over de verschrikkelijke macht die vrouwen ooit hadden of nog steeds hebben, over mannen, en de vrouwelijke wreedheid,’ citeert de auteur Lisette Thooft, die daarmee afrekent met ‘de romantische mythevorming dat het in de matriarchale tijden (…) een paradijs op aarde was.’ (p. 102) In dit hoofdstuk reizen we door het oude Egypte, Babylonië, Griekenland en Rome en zien we hoe door de angst voor vrouwen religie wordt losgekoppeld van seksualiteit.
In het zesde hoofdstuk Seks, religie en godsdienst ziet Slavenburg dat seksualiteit steeds meer wordt verbonden met de vrouw. Hoe vrouwvriendelijk Jezus ook was, dit ebt weer weg bij Paulus. Geheelonthouding en maagdelijkheid, Augustinus die seksualiteit met de (erf)zonde verbindt, heksenwaan – zij alle beheersten de samenleving totdat in de Renaissance seksualiteit minder verketterd werd. Volgens Boehme is ‘de androgyne eenheid het essentiële kenmerk van de eerste mens, het beeld en de gelijkenis van God’ (p. 172) en tijdens de Romantiek is volgens Milton de liefde ‘een regelrechte mogelijkheid tot verlossing.’ (p. 175)
Het zevende hoofdstuk Seks op weg naar God opent met een citaat van Osho: ‘Als je kunt ervaren dat seks een subtiele dood is wordt de dood een fantastisch seksueel orgasme.’ (p. 179) We maken kennis met Borborieten en Valentianen, en met tantra. Met Swedenborg, Blake en Crowley. Met Alan Watts, bij wie seks een mystieke ervaring kan zijn als een paar ‘niet tracht door lichamelijke beweging om een orgasme op te wekken.’ (p. 205) Slavenburg besluit: ‘Het is aan de mens om een slaaf van driften te worden of om deze te veredelen.’ (p. 206)
Dit boek is een prachtige reis, keurig ingesloten tussen een voorspel en een naspel, terwijl een uitgebreid register, 644 eindnoten en veel kleurenplaten het geheel vervolmaken. Een standaardwerk over seksualiteit en religie.
Inhoud van het boek ‘Vrijen met God’:
Inleiding
Voorspel: Een heerlijke nacht
1. De hieros gamos ofwel ‘heilige bruiloft
Een hemelse belevenis – Goddelijke copulatie – Godenhuwelijken – Goden vrijen met mensen – Koningen vrijen met de Godin – Orgieën – Nabootsing – De Heilige Hoer – Maagdelijkheid – Van tempelmaagd naar moedermaagd – Gnostische hieros gamos – Bruidsvertrek – Besluit
2. De Grote Godin
De Grote Moeder – Eén godin, vele gedaanten – Matriarchaat? – Magna Mater – Isis – Inanna – Zeven sluiers – Asjera – Gaia – De vele gedaanten van de liefdesgodin – Eros – Besluit
3. En zij zullen tot één vlees zijn…
Van Vrouwe naar Heer – Twee scheppingsverhalen in één pakket – Gelijkwaardigheid – Het gesprek – Een koker voor elke pijl – Vrouwe Wijsheid – Geslachtsverkeer – De slang – Eva als verzetsheldin – Besluit
4. Het verhaal van Lilith
De ‘joodse’ Lilith – Legende – Oorsprong – Kabbala – Verleiding – Lilith als vrouwe Gods – Besluit
5. Angst voor de vrouw
Nachtmerrie – De onverzadigbare vrouw – Voorbeeldig Egypte – Babylonië – De andere kant – Dochters van Pandora – Een legendarisch gastmaal – Speelbal der goden – Beheerste losbandigheid – Rome – Besluit
6. Seks, religie en godsdienst
Religie – Seksualiteit – Jezus – Maria Magdalena – Paulus en zijn navolgers – Geslachtelijke geheelonthouding – Maagdelijkheidsideaal – Augustinus en de zondige seks – Heksenwaan – Hoofse minne – De ‘nieuwe’ mens – Het huwelijk van Sophia – Romantiek – Besluit
7. Seks op weg naar God
Ascese of sublieme seks? – Vrije seks – Seksuele eucharistie – Het mystieke bruidsvertrek – De vrije geest – De alchemistische hieros gamos – Onbemande fallus gesignaleerd – Visualisaties – Waarom weende mevrouw Blake? – Tempelorde en seksmagie – Wezenlijke hieros gamos – Besluit
Naspel: Liefde
Onvervuld verlangen – Man en vrouw, hoezo verschillend? – Als het kwartje valt
Uitleiding
Noten – Geraadpleegde bronnen – Geraadpleegde literatuur – Register
Inleiding
Wij, de mensen die nu leven, zijn onderdeel van deze tijd. We zijn meestal opgegroeid in een land en in een cultuur waar we vertrouwd mee zijn. We zijn gewend aan de normen en waarden van onze tijd. Van de oude Griekse wijsgeer Heraclitus is de uitspraak panta rhei: alles stroomt, alles beweegt. En wij bewegen mee. De tijd waarin we nu leven ziet er, zeker voor de ouderen onder ons, nogal anders uit dan de tijd waarin we geboren zijn. En toch gaat het, afgezet tegen tientallen eeuwen geschiedenis, om minder grote veranderingen dan het lijkt. Dat neemt niet weg dat er toch een gapende kloof is ontstaan tussen denk- en gevoelswerelden van nu en de leefwijze van onze verre voorouders. Dat besefte ik intens toen ik bezig was met het hoofdonderwerp van dit boek, de hieros gamos, de heilige bruiloft. Want hoe stelden mensen van nog geen twee millennia geleden zich serieus voor dat ze seks konden hebben met goden? En hoe, op welke wijze, ervaarde men die seksualiteit? En hoe werkt dat vandaag – zijn er nog mensen en groeperingen die daar op een of andere wijze mee bezig zijn?
Ik heb over deze onderwerpen al eerder artikelen geschreven, maar ik wilde dieper gaan. Me proberen in te leven in wat mensen in die tijd dreef, wat ze beleefden en voelden; in hun verhouding tot de goden, tot elkaar en hun seksuele uitingen daarin. En ook om te onderzoeken of er nog elementen van de hieros gamos te vinden zijn in onze beleving nu.
Seksualiteit, een der sterkste drijfveren in het menselijk bestaan, was vroeger verbonden met ‘heiligheid’, met de goden. Zoals alles wat de mens in zijn leven ervaarde betrekking had op de godenwereld. Dat was al in tijden voordat de prehistorische mens erachter kwam dat zwangerschap ontstaat door geslachtsgemeenschap. Geboorte werd gezien als een geschenk van de goden. Dat blijft zo als mensen erachter komen dat geboorte voortkomt uit seksuele vereniging. In een ontwikkelingsproces van eeuwen wordt seks steeds meer losgeweekt van procreatie, voortplanting. Procreatie wordt recreatie. Maar nog wel ‘heilig’. Seks blijft een religieuze zaak. Religieus, niet in de betekenis van godsdienstig, maar in de zin van de diepste verbondenheid met de bron van alle leven. Het is juist de godsdienst die dat in haar seks-angst losgekoppeld heeft. En daarom ervaren de meeste mensen seks heden ten dage voor het merendeel alleen nog als recreatie. Los van de verbinding met religie, met de bron.
De ‘heilige bruiloft’ wordt in de literatuur meestal aangeduid met de klassieke Griekse term hieros gamos. Daar wordt in de meeste gevallen een (vaak kortstondige) liefdesrelatie tussen goden mee verstaan. Een heilige bruiloft, die in rituelen wordt ‘nagespeeld’ door priesters/priesteressen met al dan niet voor deze gelegenheid uitverkorenen. Deze rituelen stonden in de oudheid praktisch altijd in het teken van de vruchtbaarheid. In de geheime riten in latere eeuwen kreeg het meer en meer het karakter van een spirituele inwijding in de androgynie (verbinding tussen het mannelijke en het vrouwelijke).
Goden en godinnen konden zich, was de algemene opvatting, manifesteren in hun priesters/priesteressen, in heilige ‘tempelprostituees’, maar ook in koningen en koninginnen. Op deze wijze konden de goden zich, door de seksuele eenwording, verbinden met de mens. Ja, zelfs mensen onderling konden, bezield door de godheid, op deze wijze de hieros gamos beleven.
We kennen dus heilige bruiloften tussen goden onderling, tussen hun ‘remplaçanten’ met deelnemers aan de tempelrituelen en tussen mensen onderling. In de verre oudheid werden deze ‘bruiloften’ meestal bezegeld door geslachtsgemeenschap. Vaak was dat het startsein voor massale orgieën om de vruchtbaarheid voor een nieuw jaar af te smeken.
Allengs kwam de mythische hieros gamos niet alleen meer in het teken van de agrarische vruchtbaarheid te staan, maar voor het streven naar heelheid, eenwording. Deze spirituele bruiloft gebruikt vaak nog dezelfde seksuele symboliek, maar wordt niet meer lichamelijk ingevuld. In veel gevallen is dan juist de maagdelijkheid voorwaarde.
Let wel, ook in de verre oudheid had de hieros gamos niet alleen een seksueel, maar ook een spiritueel karakter. De mens stond in zijn beleving veel dichter bij de goden – die vaak als natuurkrachten werden ervaren – dan in onze tijd. Alleen met dit feit in het achterhoofd is er iets te begrijpen van de voor ons soms vreemd aandoende rituelen.
Zowel in het oosten als het westen, kent men door alle tijden heen – en ook nu nog – inwijdingsrituelen, waarin (het streven naar) de hieros gamos praktisch seksueel wordt ingekleurd.
Dit boek begint met een voorspel; een historisch verslag over een heilige bruiloft in een Romeinse Isis-tempel. Het is ook een voorspel op het eerste hoofdstuk waarin dieper op het wezen en de uitvoering van de hieros gamos wordt ingegaan.
Vruchtbaarheid, afgesmeekt in orgiastische rituelen, werd in de oudheid verbonden met de vrouw. Vrouwen konden baren. Dus de ‘hoogste’ godheid moest ook een vrouwengedaante kennen. De Grote Moeder was universeel, in veel culturen verspreid over diverse continenten. Mannelijke goden kwamen aanvankelijk pas op het tweede plan. Over die ‘Grote Godin’ gaat het tweede hoofdstuk. Wie was zij? En waarom kennen wij haar nauwelijks meer?
Vooraanstaande mythologen stellen dat de goddelijke hieros gamos de mogelijkheid voor de mens heeft geschapen om zich seksueel te verenigen. In de intermenselijke betrekkingen zouden aardse bruiloften een afspiegeling kunnen zijn van de goddelijke hieros gamos. In hoeverre, vragen wij ons in het derde hoofdstuk af, wordt die erfenis voortgezet en beheerd? Voorwaarde daarvoor lijkt een wezensgelijkwaardigheid tussen man en vrouw. Vormen man en vrouw, behalve (tijdelijk) één vlees, ook één geest? Hoe hebben scheppingsmythen – en dan met name het bijbelse Genesis – doorgewerkt in onze cultuur?
En dan was er nog een partner van Adam voor zijn ‘huwelijk’ met Eva. Tenminste dat vertellen ons oude mythen en joodse bronnen. Die vrouw was Lilith. Lilith werd gedemoniseerd, maar in een enkel geval zelfs gelijkgesteld met Shekinah, de goddelijke uitingsvorm van de mannelijke god. Er is nogal wat geromantiseerd over die mysterieuze Lilith. In het vierde hoofdstuk de ontleding van dit mysterie.
Lilith zou een verleidelijke demon zijn geweest die eenzame mannen in angstige dromen verraste. Is dat wellicht een van de redenen voor, of een uiting van, een (latente) vrouwenangst bij de man? Dat onderzoeken we in het vijfde hoofdstuk. Het oude Griekenland kende nogal wat angstaanjagende vrouwelijke demonen, zoals de afschrikwekkende Gorgonen met slangen in het haar, de afschuwelijke Harpijen (gieren met een vrouwenhoofd), de levensgevaarlijke wraakgodinnen Erinyen (Furiën) en de fatale Sirenen, die zeelieden betoverden. Psychologisch is het weliswaar te begrijpen; het duister, de schaduwkant dient uitgewerkt te worden zoals we leren in de psychoanalyse van Jung c.s. Maar dan blijft de vraag of er de steeds meer dominerende houding van de man ten opzichte van de vrouw mee te verklaren is. We kijken in dit hoofdstuk hoe de seksen met elkaar omgingen in het oude Egypte, in Babylon, in Griekenland en in Rome.
Rome was tevens de bakermat van het Roomse christendom. Hoe men in deze nieuwe godsdienst tegen de verhouding man-vrouw aankeek en welke plaats seksualiteit daarin had (sacraal of profaan), werken we uit in het zesde hoofdstuk. Een ongemeen boeiende geschiedenis die voortduurt tot de dag van vandaag. Is er nog een restje hieros gamos terug te vinden?
Daarvoor moeten we vooral in het zevende hoofdstuk zijn, ‘Seks op weg naar God’. Naast de bekende geschiedenis van de westerse cultuur is er een verborgen geschiedenis die in deze tijd van openheid stukje bij beetje wordt opgedolven.
We doen in dit boek verslag van deze intrigerende zoektocht. We wensen u een boeiende reis toe.